TWENTERAND – De CDA-fractie stelde vragen over de tegenvallende restwarmte van Bakkerij Holland. Het college antwoordt als volgt (samengevat):

Het project om restwarmte van Bakkerij Holland te gebruiken voor een warmtenet is een project van Cogas dat eind 2018 is gestart, na een inventariserend onderzoek van provincie Overijssel naar kansen van restwarmte van bedrijven in Overijssel. Voor een aantal van die kansen binnen het Cogas-gebied heeft Cogas het initiatief genomen om een haalbaarheidsonderzoek voor een warmtenet te starten. Daaronder ook het project warmtenet Vriezenveen, in samenwerking met Bakkerij Holland en gemeente Twenterand. Cogas heeft als initiatiefnemer voor de eerste fase van het onderzoek een technisch adviesbureau met specialistische kennis van warmtenetten ingeschakeld.

Een haalbaarheidsonderzoek gaat in fasen, waarbij nadat een fase een positief resultaat laat zien, een volgende verdiepende fase volgt. Uiteindelijk kan blijken dat de businesscase toch niet mogelijk is. Begin 2019 zijn de resultaten van de eerste fase van het haalbaarheidsonderzoek door Cogas aan het college gepresenteerd. Deze eerste fase van het onderzoek naar een warmtenet in Vriezenveen is met een positief resultaat afgerond en het project leek kansrijk. Daarop is door Cogas de volgende fase ingezet met een verdiepend onderzoek naar de aanbodkant (technische verdiepingsslag), de vraagkant (potentiële afnemers) en het warmtesysteem (potentiële leveranciers van warmte via een warmtenet). In 2020 kregen wij het signaal van Cogas dat uit het verdiepend onderzoek bleek dat de hoeveelheid beschikbare warmte minder was dan eerder berekend en voor een warmtenet uiteindelijk te beperkt. Eind 2020 heeft Cogas het eindeproject rapport met ons gedeeld. Het college is op de hoogte van de zondagssluiting van Bakkerij Holland. Dit aspect is in de onderzoeken van Cogas meegenomen.

De hoeveelheid uit te koppelen restwarmte is voor de aanleg van een warmtenet voor de warmtevoorziening van woningen of gebouwen volgens het haalbaarheidsonderzoek niet rendabel. Bakkerij Holland onderzoekt hoe zij de restwarmte uit hun productieproces duurzaam kunnen
inzetten in de eigen bakkerij.

Het project Warmtenet Vriezenveen leek kansrijk om eind 2018 een haalbaarheidsonderzoek te starten. Aan de hand van een haalbaarheids- onderzoek wordt besloten om wel of niet verder te gaan met een project. De eerste uitkomsten leken positief. Na 2 jaar onderzoek blijkt de businesscase toch niet haalbaar.

Het college heeft geen plannen voor de restwarmte.  Het college stelt dat het cancelen van het warmtenet geen gevolgen heeft voor de exploitatie- en stichtingskosten van het nieuwe zwembad.

De stand van zaken van het project Warmtenet Vriezenveen is steeds gedeeld met de projectleiders van andere projecten, zodat daar tijdig rekening mee kon worden gehouden. Verder spelen bijvoorbeeld ook de balans tussen warmte-aanbod en warmtevraag van de afnemers, de realisatiekosten van een warmtenet (afstanden) en de woningdichtheid een rol.

Voor het verduurzamen van de warmtevoorziening van woningen zijn op dit moment door het ontbreken van grote bronnen voor collectieve warmte (zoals restwarmtebenutting via een warmtenet) vooral individuele oplossingen in beeld voor woningen en gebouwen.

De productie van het zonnepark Oosterweilanden in 2020 was goed en voldoet aan de verwachtingen. De financiële netto opbrengst van het zonnepark wordt via een dividend uitkering in het duurzaamheidsfonds gestort en vanaf 2023 wordt een deel van de opbrengst ook ingezet voor het zwembad.

Financieel zijn er door het einde van het project ‘haalbaarheidsonderzoek warmtenet Vriezenveen’ geen gevolgen voor gemeente Twenterand.